DORDRECHT – “Het klinkt misschien ongelooflijk maar ik zie het nog, aan de aanloop of het springen of het goed gaat of niet. Het is de aarzeling, het wegvallen van het ritme. Dat is een gevoel”, vertelt de Dordtse Rie Mazure-Brand. Ze volgt alle turnwedstrijden van de Olympische Spelen op de tv met haar ‘getrainde oog’. Rie was jarenlang jurylid, op NK’s, WK’s en als kers op de taart: de Olympische Spelen waar ze eveneens de oefeningen van de dameswereldtop beoordeelde. In 1988 in Seoul, in 1992 in Barcelona en in 1996 in Atlanta. “Ik heb er vele mooie herinneringen aan.”
De liefde voor de turnsport ontstond al in haar kinderjaren. “Mijn vader was DVO’er. Ik ging als klein meisje al met mijn vader mee naar de gym.” Zelf turnde ze ook vele jaren. “Maar ik was niet zo geweldig. Ik had niet die aanleg om heel erg goed te worden. Gelukkig was ik wijs genoeg om dat zelf in te zien.” Ze stortte zich op het les geven en rolde langzaam maar zeker steeds meer de turnwereld in. Dat zij in ’88 als jurylid voor de Spelen werd gevraagd, kwam natuurlijk niet zomaar uit de lucht vallen. Wedstrijden organiseren, jureren op kampioenschappen; Rie deed het al vele jaren. “Dat is zo gegroeid. Ik ging steeds meer jureren, dan werd ik weer ergens naar toe gestuurd om te beoordelen.” En ze volgde cursussen. Zo ook de intercontinentale cursus die na elke Olympische Spelen werd georganiseerd. “Elk land mocht twee leden sturen die het geleerde thuis weer aan anderen moesten overbrengen.” In ’88, het jaar van de spelen in Seoul waar geen Nederlandse turndelegatie aan deelnam, kwam er een telefoontje van de bond. “Ik werd gebeld met de vraag of ik als jurylid naar de Olympische Spelen wilde. Dat vond ik natuurlijk wel heel erg leuk.” Lees het hele verhaal in de Dordt Centraal van deze week.