DORDRECHT – Henk Mesman schrijft iedere maand voor Dordt Centraal een verhaal over de geschiedenis van onze stad en haar omgeving. Deze keer over Johan de Witt en de roerige tijd waarin hij bestuurder was. (Archieffoto: Stolk Fotografie)

Op 30 juli 1650 vond er een staatsgreep plaats in de toenmalige Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. Op die dag werden zes leden van de regering van Holland gearresteerd. Hoe kon het zover komen?

Als staatkundige eenheid bestaat ons land ruim vierhonderd jaar. Van 1588 tot 1795 was ons land een republiek, bestaande uit zeven zelfstandige landjes die met elkaar een unie vormden. Elk van deze zeven landjes had zijn eigen regering. Zo had het land Holland een regeringscollege dat men ‘de Staten van Holland’ noemde. Groningen werd bestuurd door ‘de Staten van Groningen’, enzovoorts. In deze regeringscolleges zaten afgevaardigden van rijke handelaren en grootgrondbezitters, regenten genaamd. De vertegenwoordigers van de diverse Staten kwamen regelmatig bij elkaar in een vergadering van de Staten-Generaal in Den Haag. Ons land werd in die tijd dus niet bestuurd door één persoon, maar door groepen van mensen, wat voor die tijd zeer ongebruikelijk was. De landen om ons heen werden geregeerd door ‘adellijke’ lieden die zich koningen of keizers noemden. De Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden is voortgekomen uit een 80 jaar durende vrijheidsstrijd (1568-1648) tegen Spaanse koningen. Van 1555, tot de eenzijdige onafhankelijkheidsverklaring (Plakkaat van Verlatinghe) op 26 juli 1581, zwaaide de Spaanse vorst ook hier de scepter. In deze 80-jarige vrijheidsoorlog had de familie Van Oranje een belangrijke rol gespeeld. De Oranjes hadden bedongen dat zij een functie in het bestuur van de verschillende staten kregen met de titel van ‘stadhouder’. Deze functie behelsde, naast andere functies, het bevel over de strijdkrachten. De stadhouders waren dus in dienst van de Staten, de wettige regeringen van de diverse landjes. Dit alles was verankerd in de unie overeenkomst, gesloten in Utrecht (1579).

Het volk, de regenten en de Oranjes  

De macht lag dus in handen van een bevoorrechte groep rijken. Het gewone volk had geen invloed, hoewel zij het grootste deel van de inwoners van de republiek vormden. Van een democratie zoals wij die kennen, waar het volk een stem heeft, was geen sprake. De regenten  vonden dat het gewone volk vooral klein gehouden moest worden. De Oranjes, net zoals de regenten, waren er ook geen voorstanders van om het gewone volk invloed te geven in het bestuur van de republiek. De Oranjes echter konden de sentimenten van de gewone man goed bespelen, waardoor ze razend populair waren bij het volk. Tijdens het bestaan van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden probeerden de Oranjes steeds meer macht naar zich toe te trekken. Hierdoor laaide er regelmatig een gewapende of ongewapende strijd op tussen de Oranjes en de regenten. Door hun populariteit wisten de Oranjes op cruciale momenten het volk achter zich te krijgen.

Stadhouder Willem II

Gedurende de 80 jaar durende vrijheidsoorlog werd in 1625 Frederik Hendrik van Oranje stadhouder. Hij had koninklijke allures en hield er zelfs een hofhouding op na. Dit tot ergernis van de sobere regenten. Na de dood van Frederik Hendrik volgde zijn zoon Willem II hem op als stadhouder. Toen Willem II aantrad in 1647 liep de 80-jarige vrijheidsoorlog op zijn eind. De vredesonderhandelingen met de erfvijand Spanje waren in volle gang. Holland had de vrijheidsoorlog voor het grootste deel gefinancierd en had grote behoefte aan vrede. In 1648 erkende Spanje ‘De Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden’ als onafhankelijke staat. De vrede werd getekend in de stad Münster. Stadhouder Willem II accepteerde deze vrede niet. Hij wilde nog meer gebied op de Spanjaarden veroveren en wenste de oorlog voort te zetten. Om zijn zin te krijgen, pleegde hij een staatsgreep. Op donderdag 30 juli 1650 liet hij zes belangrijke leden van de Staten van Holland oppakken en in de staatsgevangenis Slot Loevestein opsluiten. Onder hen was onze stadsgenoot, tevens burgemeester, Jacob de Witt. Diezelfde dag deed Willem II een poging om Amsterdam te veroveren. Hij hoopte met de bezetting van Amsterdam dat Holland zich gewonnen zou geven en dat de andere Staten van de republiek automatisch zouden volgen. De Staten van Holland beseften dat zij het pleit verloren hadden en dat het vredesverdrag van Münster ongedaan zou worden gemaakt. Jacob de Witt en zijn lotgenoten werden op 17 augustus van dat jaar 1650 onder voorwaarden vrijgelaten. Twee maanden later op 6 november overleed Willem II op 24-jarige leeftijd aan de pokken en daarmee was de staatsgreep van de baan.

Johan de Witt

De regering van Holland kreeg de macht weer in handen. Het eerste stadhouderloze tijdperk brak aan. De zoon van Jacob de Witt, Johan (1625-1672), werd in 1653 politiek leider (raadpensionaris) van de Staten van Holland en was daarmee de belangrijkste politicus van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. Onder zijn leiding kreeg de naoorlogse jonge republiek vorm en ontwikkelde deze zich tot een wereldmacht. Willem Drees heeft een min of meer vergelijkbare rol gespeeld. Hij legde ook na een oorlog (WO II) in 1948 de basis voor het moderne Nederland. Dit jaar gedenken wij dat 400 jaar geleden de grote staatsman Johan de Witt geboren werd, hier in Dordrecht, in de Grotekerksbuurt.