DORDRECHT – Het aantal meldingen dat de Ambulancedienst Zuid-Holland Zuid maakt bij Veilig Thuis van mogelijke mishandeling of verwaarlozing is in 2021 weer iets gestegen naar 363. In het eerste coronajaar 2020 daalde dit aantal plotseling sterk naar 330, komend vanaf 439 in 2019. Die daling kwam vermoedelijk doordat in 2020 veel minder ambulanceritten plaatsvonden als gevolg van de pandemie. “We kwamen daardoor minder bij mensen thuis en zodoende zagen onze hulpverleners ook minder signalen van bijvoorbeeld partnergeweld, kindermishandeling en ouderenuitbuiting”, aldus directeur Hans Janssen. “Als we minder zien, kunnen we ook minder melden.” (Archieffoto: Stolk Fotografie)
Er is geen reden om aan te nemen dat de genoemde verschijnselen afnemen, integendeel. Janssen: “De politie zag in coronatijd juist een stijging optreden van problemen ‘achter de voordeur’. En die is ook verklaarbaar: door gedwongen isolatie en schoolsluiting nam de stress in veel huishoudens toe. Daar waar toch al sprake is van bijvoorbeeld gedrags-, relatie- of psychische problemen, kan onder die omstandigheden makkelijker de grens worden overschreden naar geweld en mishandeling.”
Sinds 2013 zijn ambulancediensten verplicht om het te melden als ze vermoeden dat er problemen spelen in de privésituatie van patiënten. Het kan bijvoorbeeld gaan om verwondingen die mogelijk van geweld afkomstig zijn, maar het kan ook zo zijn dat ambulancemedewerkers getuige zijn van vervuiling in huis, middelenmisbruik in aanwezigheid van kinderen, afhankelijkheid en eenzaamheid, gebrek aan eten en kleding, enzovoort. “Met ondersteuning van onze speciale aandachtsfunctionarissen maken wij dan een zogeheten zorgmelding”, legt Janssen uit. “Niet om te klikken, maar om Veilig Thuis de situatie te laten beoordelen en eventueel hulp op gang te brengen. Achteraf zijn de betrokkenen vaak dankbaar, omdat ze zelf geen oplossing of uitweg zagen.”
Hij is blij dat zijn ambulancemedewerkers weer meer signalen oppikken en melden. “We blijven onze medewerkers scholen en stimuleren om te herkennen dat er mogelijk iets aan de hand is in huishoudens of relaties. Want de bijzondere positie dat wij bij mensen thuis over de vloer komen op de meest kwetsbare momenten, brengt voor ons een bijzondere verantwoordelijkheid met zich mee. Het motto van onze aandachtsfunctionarissen is niet voor niets: ‘Horen, zien…en zwijgen is geen optie’.”