Je verwacht er vooraf helemaal niks van, maar ze spelen goed en aantrekkelijk voetbal, blijven maar winnen en halen dan zelfs de finale. Nee, ik heb het niet over het EK 2020, dat we een jaar te laat meemaken. Mijn openingszin slaat op 1974. Oranje stond voor het eerst sinds lange tijd op een eindtoernooi en elke voetballiefhebber raakte langzaam maar zeker in extase. Allemachtig, wat waren ‘we’ goed ! Ons kleine, nuchtere voetballandje is daarna veranderd in een natie die in de aanloop van elk groot toernooi topprestaties verwacht. De gekte barst vaak al weken van tevoren los. Oranjekoorts wordt dat genoemd. Bent u inmiddels ook bevangen? Heeft u al een juichcape? Of bent u op wedstrijddagen getooid in een andere oranje outfit?

Vooropgesteld dat het een stuk onschuldiger is dan corona ben ik zelf nog niet bepaald bevangen door het oranjevirus. Ligt het nou aan mij? Op de televisie word je doodgegooid met stompzinnige reclamespotjes, die zo vaak herhaald worden dat ik ernstig overweeg een koopboycot op te leggen aan de daarvoor verantwoordelijke supermarkten. Op de beeldbuis zie ik na doelpunten van onze nationale ploeg een Koning superblij worden (ik keek er net zo bedenkelijk bij als onze Koningin) en zelfs onze minister-president uit z’n stekker gaan alsof de hoofdprijs reeds veroverd is. Geloof me, ik ben een echte voetballiefhebber en zing graag uit volle borst mee in het stadion, maar ik heb bij wedstrijden van Oranje nog geen tel op het puntje van mijn stoel gezeten.

Tijdens veel EK’s en WK’s was dat anders. Betere spelers, beter spel en vooral; de Hollandse school. Wat mis ik het trompetgeschal uit 1988, gevolgd door het massaal uitgeroepen AAN-VAL-LUH ! Als je dan toch ten onder moet gaan, dan maar strijdend. Voetbal speel je om te winnen, niet om niet te verliezen. Of ik nou naar Oranje kijk, de lokale FC of mijn eigen amateurcluppie, ik wil een ploeg zien die de aanval kiest, durft te voetballen. Het resultaat boeit mij niet zo; natuurlijk hoop je op winst, maar als een mooie voetbalwedstrijd anders afloopt, dan ben ik dankbaar voor 90 of soms zelfs 120 minuten amusement.

Na drie overwinningen op twee matige en één nog mindere tegenstander dreigt de totale euforie los te barsten. We mogen nu zelfs weer op grote schermen kijken. Op anderhalve meter afstand van elkaar. Tuurlijk. Valt nog mee dat er geen lapje voor de snuit moet. Uiteraard in de kleur oranje. Voor mij géén juichcape. Na het weekend kunnen de oranje attributen sowieso de kast in. Ondanks dat veel internationale media het Nederlands elftal plots tot de favorieten rekenen, acht ik dit team, zeker met deze bondscoach, kansloos voor de titel. Maar ik hoop vurig dat mijn ongelijk bewezen wordt. Dat ik toch in extase raak, meega in de euforie, op het puntje van de stoel kom en alsnog een juichcape aanschaf.

Thijs Blom.