De verontwaardiging over het kromme coronabeleid van onze zwalkende overheid bereikte afgelopen weekend het hoogtepunt. Of moet ik zeggen voorlopige hoogtepunt, want telkens als je denkt dat je de grootste idioterie gehad hebt, verzinnen ze in Den Haag weer iets gekkers. De verbijsterde reacties vanuit onder meer de evenementenbranche na het zien van vele duizenden opeengepakte bezoekers verbaasden mij vrijdag een beetje. Natuurlijk heb ik het volste begrip voor hun onbegrip en boosheid, want het is al lang niet meer uit te leggen waarom het ene evenement wél mag en het andere niet. Mijn verbazing zit ‘m in het feit dat wat er dit weekend in Zandvoort te zien was al wekenlang te zien was bij de ingangen van stadions.

Mijn zoon ging een paar weken geleden naar De Kuip voor een potje in de Conference League en appte me een fotootje van het stadionplein. Barstensvol mensen. ‘Echt coronaproof’, zette hij er olijk bij. Als dat fotootje ‘viral’ was gegaan was de pleuris wellicht eerder uitgebroken. Het enige dat ik er mee wil zeggen, is dat er al wekenlang op tal van plekken duizenden mensen opeengepakt bijeen kwamen. Het kabinet orakelde dat voetbalwedstrijden en een Grand Prix doorgang konden vinden, omdat mensen zitplaatsen kregen toegewezen. Wie publiek toelaat bij voetbal kan op z’n vingers natellen dat de fanatieke aanhang negentig minuten staat, zingt en brult en iedereen toch echt staat te juichen bij een doelpunt.

De minister van gezondheid kwam hoogstpersoonlijk naar De Kuip om bij een competitiewedstrijd te zien wat hij al lang moest weten. En hij werd hartelijk ontvangen met een spandoek, waarop hem geadviseerd werd z’n bek te houden. Uitstekend advies trouwens, al hield onze Meneer Hugo zich er niet aan. Wie zich wekelijks laat piepelen door voetbalsupporters is natuurlijk helemaal geen partij voor een huisjesmelkende telg uit de koninklijke familie. Túúrlijk kon die Grand Prix doorgaan. En weet u wat het ik het interessantste van dit alles vind? Dat al dit treurige gedoe wellicht nog een prachtige draai gaat geven aan het coronabeleid.

Op deze plek betoogde ik al zo vaak dat ik niet zo bevreesd ben voor grote menigtes in de buitenlucht. Hoe vaak was daar geen verontwaardiging over? Black Lives Matter-demonstraties, Koningsdag in Amsterdam, met z’n allen op het strand of picknicken in het park. Over tien dagen zien we dit terug in stijgende besmettingscijfers, hoorde je steevast. Maar dat gebeurde niet of nauwelijks. Als we na het ‘openen’ van de voetbalstadions en tien dagen na de Grand Prix van Zandvoort nog steeds geen stijging zien die te herleiden is naar deze evenementen, dan kunnen álle evenementen weer. Dan hebben Koning Voetbal en Prins Max ons de weg gewezen voor de terugkeer naar Het Oude Normaal.

Thijs Blom