Meten is weten. Die aloude wijsheid verdient een wedergeboorte. Als dat de gedachte was van de Alblasserdamse burgemeester en zijn wethouders, dan kan ik Meneer Bert en zijn medebestuurders alleen maar gelijk geven. Om duidelijkheid te krijgen hoeveel fijn stof Nedstaal de lucht in slingert, willen ze een meetstation plaatsen in de buurt van de plaatselijke staalfabriek. Dat schijnt vrij prijzig te zijn, dus is de Provincie Zuid-Holland om wat geld gevraagd.
U zou wellicht denken, dat deed ik zelf ook, dat er in ons overgereguleerde landje toch al flink gemeten wordt of de zware industrie ons milieu en in dit geval onze luchtwegen niet al te zeer vervuilt. Afspraken over maximale uitstoot, strenge controles en bij overtredingen géén malse boetes. De Provincie waakt over ons, al laat ze het werk over aan de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid. Die dienst houdt dus ook Nedstaal in de gaten.
Uit de discussies in de media zult u inmiddels, net als ik, hebben opgemaakt dat lokale actievoerders hele andere uitstootcijfers hebben berekend dan het bedrijf zelf. En eigenlijk zit daar het probleem. Er wordt niet gemeten, maar gerekend. En soms ook nog verkeerd. De fanatieke actievoerders hebben inmiddels ook aangetoond dat het met die strenge regels nogal tegenvalt. Eigenlijk zijn er alleen regels voor wat er door de schoorsteen van Nedstaal naar buiten gaat.
Wat niet door de schoorsteen gaat, de zogeheten diffuse uitstoot, is niet gebonden aan een hard maximum, maar aan een streefgetal. De weg naar de hel is geplaveid met goede voornemens, zei opa zaliger al, dus als de wolf belooft dat hij lief wil zijn voor de biggetjes heb ik er niet zo veel vertrouwen meer in. En dat is inmiddels ook zo bij de bevolking van Alblasserdam en inwoners van andere Drechtsteden, die zich zorgen maken over hoge concentraties fijn stof.
Anders dan de naam doet vermoeden is deze stof niet zo prettig. Als er dan tonnen van die stof via een open dak onze regionale hemel in geblazen worden, vraag je je af of provincie en Omgevingsdienst wel voldoende doen om de uitstoot van Nedstaal in toom te houden. Meneer Bert en zijn wethouders vragen een meetstation van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM), maar willen eigenlijk dat de controleurs gecontroleerd worden. En dat geeft te denken.