“Stuurman aan wal”

Zit je op je kamertje rustig een boek te lezen, zweeft er ineens een bak met kleinkinderen voor het balkon. Of wordt je rust verstoord door een derderangs zanger die bij de voordeur smartlappen ten gehore brengt. Slappe hap, je zult als krasse knar maar van rock & roll houden! Zijn er plots mensen die boodschappen voor je willen doen of pannenkoeken voor je bakken. Het leven van een tot voor kort eenzame medeburger staat op z’n kop. En het gaat maar door, hoe lang houden die arme stakkers dit nog vol?

Natuurlijk zou ik hier héél sociaal wenselijk moeten schrijven hoe geweldig het allemaal is. Dat we ‘dankzij’ dat virus weer dichter bij elkaar komen. Het probleem is alleen dat ik er geen snars van geloof. De kille werkelijkheid is anderhalve meter. Idioten die dit nu nog niet snappen komen nog altijd weg met een waarschuwing. Daar stoor ik me overigens veel meer aan dan aan al die goedbedoelde acties van mensen, die met hun ziel onder de arm rondlopen en elk op eigen wijze wat zin aan het nu zo vreemde leven willen geven. Hulde. Toch wel.

Pa en ma zitten intussen thuis ouder te worden. Da’s ook geen pretje in crisistijd. Ze moeten allebei geopereerd worden. Pa durft het niet aan. Hij wil ma niet al te zwaar belasten als zijn persoonlijke mantelzorger. Want ma moet een nieuwe heup. Ze sterft van de pijn, maar is door het ziekenhuis afgebeld. Alleen noodzakelijke operaties, kreeg ze te horen. Ik heb mijn moeder maar zelden zien huilen, maar de tranen en de gebroken stem van vorige week riepen bij mij toch een gevoel van urgentie op. Nog sterkere pijnstillers dan maar…

Zuchtend, steunend en mopperend ondergaan we ons collectieve lot van de ophokplicht. We snakken naar het einde. Maar wat gloort is slechts het begin van het einde. Andere landen, waar het virus eerder toesloeg, zijn al voorzichtig begonnen aan het ‘terug naar normaal-traject’. Het is het vooruitzicht waar velen zichzelf nu aan vasthouden. Nog een paar weken met z’n allen strikt de regels volgen en dan kunnen we weer leuke dingen gaan doen. Tja, was het maar zo eenvoudig. Zolang er geen vaccin of medicijn is liggen nieuwe virusuitbraken op de loer.

Persbureau Reuters schetste maandag hoe de terugkeer naar normaal leven er uit gaat zien. Lopen we in openbare ruimtes straks toch ineens allemaal met mondkapjes op. Moeten nieuwe besmettingen snel bekend zijn en de bron daarvan binnen 24 uur ook. Maar als we amper genoeg kapjes en testsetjes hebben voor de helden van de zorg, gaat dat nog even duren. Had ik trouwens al gezegd dat het lekker weer is? Daar zult u mij niet over horen mopperen. Was vroeger trouwens gesprekonderwerp nummer één, het weer. Dat waren nog eens tijden.

Kronkelaar.