Het Dordtse Leerpark gaat zich ontwikkelen tot “een bruisende campus, waar duizenden inwoners met veel plezier leren, wonen, werken én ontspannen en waar bedrijven innoveren en creëren”. Met deze ronkende tekst slingerde de gemeente Dordrecht vorige week dit nieuws de wereld in. Al sinds 2003 hoor ik vanuit het Stadskantoor enthousiaste teksten over wat een héél bijzondere wijk van Dordrecht moet worden.
Misschien ben ik wat ongeduldig, maar na meer dan tien jaar mag zo’n wijk toch onderhand wel eens wat ‘zijn’ in plaats van ‘worden’. En wat het tot nu is, daar word ik niet vrolijk van. Buiten die fraaie, veelkleurige gevel van het hoofdgebouw van het Da Vinci College is de saaiheid er troef. ’s Avonds is het een verzameling uitgestorven blokkendozen. Er wonen zelfs mensen, maar de eerste die mij vertelt dat hij daar met veel plezier woont moet ik nog tegenkomen.
Overdag hangen er zo’n achtduizend pubers rond en daar lopen helaas nogal wat vervelende types tussen. De scholen voelen geen gezamenlijke verantwoordelijkheid; kwalletjes zitten natuurlijk op een ándere school. Alle successen ten spijt is het Leerpark niets meer dan een ordinaire, grootschalige onderwijsfabriek. Veel kantoor- en winkelruimte staat al jaren leeg en in nieuwe plannen wordt zelfs gesproken over méér van die ruimtes. Hoe stom kun je zijn?
Van de veel bewierookte Duurzaamheidsfabriek zou ik de exploitatie wel eens willen bekijken. En als het Mediacentrum model moet staan voor de innovatieve samenwerking tussen onderwijs en bedrijfsleven dan vrees ik het ergste. Maar niet getreurd, het is niet allemaal k.. op het Leerpark. Sinds de komst van een supermarkt en een bloemenwinkel en de ontwikkeling van nieuwe bouwplannen komt er iets meer leven en kleur in de wijk. Dat werd ook wel tijd.
Het stadsbestuur voorziet binnen enkele jaren een bruisende campus met veel nieuwe opleidingen, woningen en zelfs een station. Eerst zien en dan geloven, denk ik nu. Gelukkig wordt ook gesproken over “volop ruimte voor horeca”. Want in de naargeestige wijk kun je je tot nu toe zelfs niet bezuipen. Snackbar Sjonnie schijnt er wel een plekkie te willen. Zo’n houten keetje voor een kroketje en een blikje fris. Het zou een concrete stap richting bruisende wijk kunnen zijn.

Kronkelaar.