Armoede is woensdagavond het gespreksonderwerp van het Grote Stadsdebat. Volgens de een is armoede een keuze; volgens de ander overkomt het je. Met een standpunt ‘eigen schuld, dikke bult’ ben je in elk geval gauw uitgepraat. Dan is er eigenlijk geen probleem, toch? Immers, wie kiest voor armoede, die weet waar-ie aan begint en weet wat-ie kan doen om zich eraan te ontrekken. Je zou willen dat de wereld altijd zo simpel in elkaar zit.
U raadt het al, ik ben geneigd te denken dat armoede je overkomt. En in een sociale samenleving helpen we degenen, die het moeilijk hebben. Naast fenomenen als uitkering, kwijtschelding en korting, kan de armoedzaaier vandaag ook terecht bij voedselbank, kledingbank, huisraadbank, minimawinkel en weggeefwinkel. Hoe goed bedoeld al die initiatieven ook zijn, ik vraag me af of we met z’n allen een beetje aan het doorschieten zijn of dat er een echte crisis dreigt.
Een krasse 100-plusser hoorde ik op tv vertellen dat wat wij nu ervaren ‘slechts peanuts’ is, vergeleken bij wat er in de jaren dertig van de vorige eeuw loos was. Ik geloof hem, maar hoor toch de laatste tijd met eigen oren dat mensen van wie ik het nooit verwacht had, volkomen aan de grond zitten. Stoere zzp’ers die vorig jaar in een vette BMW reden, moeten rondkomen van drie tot vier tientjes per week. Eentje, nota bene een oud-collega, zag ik vorige week bij de voedselbank.
Wie in nood is, moet geholpen worden. Volgens critici kan noodhulp echter niet eeuwigdurend zijn. Een beetje in de trant van ontwikkelingshulp hoor ik dan adviseren: geef ze niet steeds vis, maar geef ze een hengel, dan kunnen ze zelf vis gaan vangen. Bij de voedselbank hoorde ik een man daar cynisch op zeggen dat hij weinig aan zo’n hengel heeft als er geen vis in de vijver zit. Een pasklare oplossing voor armoede zal tijdens het armoededebat niet gevonden worden voorspel ik dus.
Toch moet er met maatwerk veel leed verzacht kunnen worden. Ik hoop dat De Buitenwacht vanavond om zeven uur vol zit met mensen die vol goede ideeën zitten. Ik hoop vooral dat er oog is voor de kinderen, die zo vaak het kind van de rekening zijn. Sommige deskundigen beweren dat armoede ‘genetisch bepaald’ is. Ik weiger dat te geloven. Kinderen kiezen nooit voor armoede. Kinderen overkomt wat ouders hen bieden. Als dat te weinig is, mag de samenleving dat nooit accepteren.