DORDRECHT – Henk Mesman sprak met Jaap de Vlieger over zijn recent uitgekomen boek ‘Als ik dat had geweten’, waarin hij op zoek gaat naar het oorlogsverleden van zijn vader, die als dwangarbeider naar Duitsland moest.

Nadat zijn ouders zijn overleden vindt Jaap de Vlieger een aantal dozen in het appartement van zijn moeder waar op staat ‘Alleen voor de kinderen in te zien’. Jaap besluit over de inhoud van de dozen een boek te schrijven. De grootouders van de schrijver, Christiaan de Vlieger en Agatha Broere, treden in 1915 in het huwelijk. Het pasgetrouwde stel weet al snel een kleine woning aan het Matena’s Pad in Dordrecht te bemachtigen. Tussen 1915 en 1928 worden er drie zonen en drie dochters geboren. De oudste zoon Gerrit gaat na de ambachtsschool scheepswerktuigbouwkunde studeren op de Middelbare Technische School aan de Oranjelaan. Dick en Chris moeten na het doorlopen van de ambachtsschool werk gaan zoeken. Dick wordt stratenmaker en jongste zoon Chris machinebankwerker. Door zijn studie en zijn loopbaan bij de koopvaardij krijgt Gerrit voor een deel vrijstelling van militaire dienst. De vader van de schrijver, Dick de Vlieger, wordt verliefd op Bep de Groen. Haar familie kerkt bij de Hervormde Vereniging Calvijn, gevestigd aan het Kromhout. Dick verdiept zich in de bijbel. Zijn fanatisme wordt mogelijk nog groter dan dat van zijn toekomstige schoonfamilie. Eind jaren 30 neemt de oorlogsdreiging in Europa toe en in 1938 wordt Dick opgeroepen voor de mobilisatie van het Nederlandse leger. Op 10 mei 1940 vallen de Duitsers ons land binnen. Dick moet de Peel-Raamstelling verdedigen en wordt regelmatig beschoten door Duitse jachtvliegtuigen. Na het bombardement van Rotterdam geeft het Nederlandse leger zich over. Dick wordt ontwapend en mag terugkeren naar Dordrecht. Dick is blij dat hij na al die bange uren weer bij zijn lieve Bep is. Zij treden op woensdag 24 september 1941 in het huwelijk. Het stel gaat wonen op de Weeskinderdijk 51 en Dick gaat weer aan het werk als stratenmaker. Veel Duitse jongemannen werden tijdens de Tweede Wereldoorlog ingezet als soldaat, zodat er een tekort aan arbeiders dreigde, vooral in de Duitse wapenindustrie. Honderdduizenden Europese mannen moesten daarom onder dwang voor de vijand werken. Op 18 mei 1942 kreeg Dick van het Dordtse Arbeidsbureau te horen dat hij in Kiel te werk gesteld zou worden bij het ‘Kriegsmarine-arsenal’. Vanwege de belangrijke marinebases en de werven aldaar, waar onder andere duikboten werden gemaakt, was Kiel een doelwit van geallieerde bombardementen. Ook de broers van Dick, Chris en Gerrit ontkomen niet aan de ‘Arbeitseinsatz’. In mei 1943 reist Chris zijn broer Dick achterna om in Kiel als onderhoudsmonteur te gaan weken. Gerrit moet als scheepswerktuigkundige dwangarbeid verrichten op een Duits schip dat munitie vervoerd. De jongens krijgen het zwaar. In Kiel gaat tegen het eind van de oorlog het luchtalarm elke nacht af, gevolgd door zware bombardementen. Dick wordt naast zijn werkzaamheden op de werf ingezet om lijken te bergen die onder de puinhopen van het gebombardeerde Kiel lagen. Bij één van die zware bombardementen komt zijn broertje Chris om het leven. Het munitieschip waar broer Gerrit als machinist op vaart, explodeert na een geallieerde luchtaanval. De opvarenden waren kansloos. Op 8 mei 1945 capituleert Duitsland. Op zondag 27 mei keren Dick en zijn kameraden terug naar Nederland. Na een barre reis komt Dick in juni 1945 terug in Dordrecht. Dick heeft de loodzware taak om zijn ouders  in te lichten over de dood van Chris en de vermissing van zijn broer Gerrit. Dick krijgt het verwijt van zijn ontredderde moeder “Je had nog zo beloofd om goed op je jongste broertje te letten!” Onder de gegeven omstandigheden was dit natuurlijk onmogelijk. Dit grote verlies, dit trauma, is menselijkerwijs niet te verwerken. Wanneer een mens iets niet kan verwerken of op kan lossen, dan probeert hij het te vergeten. Dick heeft dit volgens zijn zoon, de schrijver van dit boek, getracht door er niet meer over te praten. De voortdurend opspelende donkere herinneringen probeerde hij te verdringen. Dit deed Dick door allerlei taken op zich te nemen. Deze activiteiten bestonden onder meer uit het uitoefenen van het diakenschap van zijn kerkgenootschap. Maar ook vakbondswerk, stakingsleider en vele ander functies. Voor zijn gezin was hij vaak onzichtbaar vanwege alle vergaderingen in de avonduren. Op momenten dat hij wel aanwezig was, ervoeren Jaap en de andere gezinsleden hem vaak als een tiran. Het boek is vlot geschreven. Voor de generatie vlak na de oorlog heel herkenbaar, maar ook voor de hedendaagse jongeren is het een aanrader. Het boek is te verkrijgen via boekenbestellen.nl onder vermelding van de titel ‘Als ik dat had geweten’. (ISBN 9789464067330)