DORDRECHT – De Werkgroep Burgerberaad Dordrecht is het niet eens met de column die Thijs vorig week schreef in Dordt Centraal (“Zit niet te wachten op een kletsclub”). David Klein reageert namens de werkgroep.

 ‘Op woensdag 10 mei schreef Thijs Blom een kritisch stukje over ons voornemen als Werkgroep Burgerberaad Dordrecht om een burgerberaad te helpen realiseren.

Net als wij constateert de heer Blom dat onze huidige overheid maar niet in staat blijkt om ingewikkelde vraagstukken daadkrachtig aan te pakken. De oplossing volgens hem? Nog eens een enquête’tje er uit sturen. Goh, dat daar nou nog niemand aan gedacht had!

Echter, het soort problemen waar onze democratie niet meer uit lijkt te komen laat zich nou juist lastig vangen in enquêtes waar je als gewone burger even a, b of c invult op de vraag wat je belangrijk vindt. Vrijheid voor de boeren? Ja, natuurlijk is dat belangrijk! Natuur? Ook belangrijk! Toegang tot goedkope energie? Ja graag! Solidariteit met burgers in Groningen wier huizen ernstige schade hebben opgelopen door aardgaswinning? Vanzelfsprekend; we zijn toch geen onmensen! Vluchtelingen uit Oekraïne opvangen? Wir schaffen das! Woningnood oplossen? Ook! Minder zwaar toetsen om overspannen studenten te ontzien? Liever vandaag dan morgen. Maar dan ook zwaarder toetsen, want het niveau moet wel omhoog. Succes met je enquête. Klinkt trouwens niet zo gek anders dan de stemwijzers van alle afgelopen verkiezingen, waarbij steeds maar weer alle complexe issues platgeslagen werden tot simpele JA/NEE-antwoorden.

De Belgische historicus David Van Reybrouck – één van de eerste kwartiermakers voor burgerberaden – haalde in zijn boek ‘Tegen Verkiezingen (een pleidooi voor democratie)’ op zijn beurt de Amerikaanse professor Fishkin aan: “Zulke peilingen meten wat het publiek denkt als het niet denkt. […] Een deliberatieve peiling daarentegen meet wat het publiek denkt als het de kans krijgt om na te denken”.

Dat is wat een burgerberaad beoogt: minstens honderd willekeurig gelote burgers tijd geven om samen goed na te denken en delibereren over ingewikkelde onderwerpen die zich niet laten vangen in enquêtes, stemwijzers of de Jip en Janneke-taal van hedendaagse politici. Ze krijgen een vergoeding om de drempel tot participatie te verlagen en toegang tot experts en bronnen die ze zelf aan kunnen vragen. En dan – indien mogelijk – komen zij tot zogenaamde burgerbesluiten. Bijvoorbeeld op punten waar men na lang delibreren tot minstens 70 procent steun komt. Die dus een breed draagvlak hebben.

Dus het is niet een voorgekookte praatclub. Deze burgers zijn niet voorgeselecteerd op hun linksigheid of rechtsigheid. En na zo’n burgerberaad wordt de groep weer opgedoekt en mag eventueel een nieuwe groep burgers zich over een volgend ingewikkeld probleem buigen. En het onderwerp? Wij als werkgroep hebben een voorstel gedaan: wat Dordrecht wel (of niet) zou moeten doen aan het klimaat. Maar tussen de willekeurig gelote burgers zullen wat ons betreft zowel klimaatdrammers als klimaatsceptici zitten. Graag zelfs!

En als de conclusie is dat klimaat eigenlijk helemaal niet zo belangrijk is voor Dordrecht, dan is dat maar zo. Wij geloven in democratie en in de wijsheid van de burger. Maar dan wel met de nodige bedenktijd en toegang tot kennis.

Ons meerpartijenstelsel heeft ons heel veel gebracht, maar nu heeft zij een steuntje in de rug nodig. Daar zijn trouwens veel politici – waaronder dus ook de raadsleden van de SGP en de ChristenUnie hier in Dordrecht – het hartgrondig over eens.

“In Dordrecht kwam Holland op gang”, staat te lezen in het Hof van Nederland. Laten we zorgen dat Holland hier ook op gang blijft.’