Wat ben ik voor een journalist? Degelijk, accuraat, betrouwbaar, eerlijk? Of wellicht gemakzuchtig, ongevoelig, sensatiebelust, hijgerig? In de afgelopen 45 jaar stelde ik mezelf – en collega’s – regelmatig die vraag. Inmiddels vertoef ik al twee jaar in betrekkelijke luwte, maar zit nog volop in het journalistiek bedrijf en heb nog altijd die ene eigenschap die voor journalisten zo belangrijk is; ik ben nieuwsgierig. Niks mis mee toch? Trouwens, niet alleen persmuskieten zijn nieuwsgierig…

Kijkt u eens in de spiegel! Wat ziet u, buiten uw zelfbeeld? Ook een nieuwsgierig mens, die – net als menig journalist – ‘gewoon’ van de hoed en de rand wil weten? Ik zet ‘gewoon’ tussen aanhalingstekens, want wat is gewoon? Wie bepaalt dat? Afgelopen weekend schoot een man zijn ex en haar moeder neer. Een afgrijselijk nieuwsfeit, dat ‘gewoon’ gemeld moet worden. Wat er daarna gebeurt, vind ik minder gewoon en ik hoor van veel collega’s dat zij worstelen met hun rol in het vervolg van dergelijke incidenten.

Het was voor mij heel herkenbaar. Na de verdwijning en wat later bleek de moord op een meisje in Dordt eiste de eindredactie dat ik haar familie om een reactie ging vragen. Dat wilde ik helemaal niet. Het zal mijn eigen dochter zijn en dan staat er een vreemde vent voor m’n deur die met mij wil praten, terwijl ik net de grootste klap in mijn leven gekregen heb? Pleur effe op! Er zijn echter mensen die wél willen praten en daarom wordt een ‘follow-up’ gezocht bij de familie van het slachtoffer.

Ook wordt in de kring rond de dader navraag gedaan. Wat was het voor een man? Nou, pluis oude rechtbankrollen even na, dan weet je genoeg. Buren in Rotterdam vertelden in de media over de mooie hond van de man. En dat het zo’n behulpzame kerel was. Ik zie geen enkele toegevoegde waarde. Wat moeten we met deze prietpraat? Het gekke is dat al deze verhalen enorm ’scoren’ en in de online media draait het om ‘clicks’. Het ‘volk’ wil dit dus en daarom dienen de media het op. Zijn we dan allemaal de weg kwijt?

Thijs Blom