DORDRECHT – Hans Janssen is directeur van de regionale ambulancedienst. Hij schrijft iedere maand voor Dordt Centraal een column over zaken die hem raken binnen en buiten de zorg.
Afgelopen week zag ik op tv een indrukwekkende bijdrage over artsen die zo bevreesd zijn om voor het tuchtcollege te moeten verschijnen dat dit hun functioneren belemmert. Bang zijn om fouten te maken zorgt voor overmatige controle, extra onderzoek en overdiagnostiek. Maar ook voor een gevoel van onveiligheid, ongemak en een verdedigende houding. Niet alleen bij artsen speelt dat, ook bij onze collega’s op de ambulance.
Ambulanceverpleegkundigen werken weliswaar als team met een ambulancechauffeur, maar ze staan er qua medische verantwoordelijkheid alleen voor. Hoe stoer en spannend dit vak ook lijkt… niemand in dit verantwoordelijke beroep wil fouten maken. Professionele integriteit staat centraal in ons functioneren. Daar wordt voortdurend volop in geïnvesteerd. Trainingen, bijscholing en onderwijs lopen als een rode draad door de loopbaan heen. Kennis en bekwaamheid worden periodiek getoetst. En uiteindelijk is het onze medisch manager, een ervaren arts, die de medewerkers geschikt bevindt en groen licht geeft om in het veld te mogen handelen.
En dan op een dag gebeurt het tóch. Je ziet iets over het hoofd of maakt een verkeerde inschatting van een medische situatie. Het besef dat er iets niet goed ging komt meestal pas later, of we worden er naderhand op gewezen dat een diagnose niet correct bleek. Soms heeft dat vergaande consequenties in de vorm van schade aan de patiënt. We spreken dan van een calamiteit. Die moet worden gemeld bij de Inspectie Gezondheid & Jeugd en worden onderzocht, om erachter te komen wat ertoe heeft geleid dat er iets gemist werd.
Hoewel dit calamiteitenonderzoek gericht is op leren, om herhaling in de toekomst te voorkomen, legt het een enorme druk op de schouders van onze collega’s. Het voelt als verantwoording afleggen. Daar zit je dan tegenover een commissie die je het hemd van het lijf vraagt over wat er gebeurde, wat je dacht, welke factoren een rol speelden. Feiten, beelden en emoties komen samen en leveren vooral spanning op. Meestal blijkt dat er niet één reden of oorzaak is aan te wijzen, maar dat een samenloop van omstandigheden heeft geleid tot een verkeerde inschatting of handeling. En juist van die conclusie kunnen we samen het meeste leren en dat moeten we ook vooral willen blijven doen.
Hans Janssen