Mocht ik me vorige week nog opwinden over het onvermogen om te zorgen dat al onze kinderen ontbijt krijgen, deze week maak ik me druk over het onvermogen om onze opgegroeide kinderen eigen woonruimte te bieden. Regionale omroep Rijnmond (mijn broodheer) en de lokale omroepen deden een groot onderzoek onder 25 gemeenten in zuidelijk Zuid-Holland en kwamen tot de weinig verrassende conclusie dat er een chronisch tekort is aan betaalbare woningen, zowel qua huur als koop.

Dát wisten we natuurlijk al. Maar de enquête zorgde voor heel wat resultaten die duidelijk maken dat de situatie nog schrijnender is dan gedacht. Binnen het Stadskantoor denken ze dat 34 procent van de woningen in de categorie sociale huur valt (tot 763 euro per maand). Het Onderzoekscentrum Drechtsteden komt slechts tot 27,4 procent. Rekenfoutje? Slordigheidje? De boel te zonnig voorstellen? Feit is dat minister De Jonge 30 procent als ondergrens hanteert en Dordt haalt dat dus niet.

Hendrik-Ido-Ambacht (23 procent) maakt het nog bonter, terwijl buurman Zwijndrecht (36 procent) het juist prima doet. Omdat drie op de tien sociale huurwoningen met voorrang worden weggegeven aan statushouders en mensen uit ‘probleemgroepen’ is de spoeling nog dunner dan die al lijkt. Wie niet zes-en-half jaar (!) op een wachtlijst wil staan en ook geen heil ziet in de loterij om zo’n huurhuis moet de koopmarkt op. Zijn daar wél betaalbare woningen te vinden? In de prijsklasse tot 225 mille best wel redelijk wat.

Als je dan leest dat Dordrecht er in de komende drie jaar nog 1.500 betaalbare koopwoningen bij wil bouwen krijg je het gevoel dat de woningnood eindelijk een beetje serieus genomen wordt. Dordt wil onderwijzers, politieagenten, verplegers en schilders namelijk ook aan een huis helpen. Maar onder betaalbaar verstaan Dordrecht en de woonminister koopprijs tot 355 mille. Pardon, 355 duizend euro? Wie verzint dat? Weten we niet wat startende jongeren in genoemde beroepen verdienen? Voor hen bouwt Dordt dus onbetaalbare woningen.

Thijs.