Dordrecht gaat er niet in slagen om vierduizend woningen te bouwen in vier jaar tijd. De partijen, die in 2018 aan de macht kwamen, spraken destijds die doelstelling uit. Waarschijnlijk blijft in 2022 de teller steken rond 3500. Eerlijk gezegd vind ik dat helemaal niet zo beroerd. Meneer Marco, als wethouder regelmatig mikpunt van kritiek, verdient hier wellicht zelfs een complimentje. Als hij met z’n ambtenaren flink doorpakt kan de doelstelling voor de langere termijn, tienduizend nieuwe woningen in 2030, best gehaald worden.
Dat doorpakken is echter een probleem. Ik zal u niet vermoeien met alle soorten beren die opduiken op de weg naar woningbouw, maar eenvoudig is het niet. Los van de aantallen maak ik me het meest bezorgd over de soort woningen. Het lijkt soms of er alleen nog maar dure appartementen bij komen. Dat is natuurlijk niet waar, maar in deze stad voel ik weinig ambitie om te zorgen voor goedkopere en, als ik ze zo mag noemen, alternatieve woningen. Dan bedoel ik bijvoorbeeld tiny houses en wonen op het water.
Het aantal nieuwe huurwoningen in de sociale sector staat al twee jaar op nul, terwijl honderden oude huizen in deze prijsklasse zijn afgebroken. In regionaal verband was toch afgesproken dat het aantal sociale huurwoningen gelijk zou blijven? Altijd fijn, zulke afspraken, want dan kun je de schuld aan anderen geven. De animo om serieus te kijken naar alternatieve woningen is ook niet al te groot bij het Dordtse rijkeluisbestuur. Wonen op het water is sinds een paar jaar weer toegestaan. Het ‘uitsterfbeleid’ voor woonboten is ter ziele, maar het aantal plekken waar een drijvend huis mag komen is zéér beperkt. Jammer, in een stad die zo verbonden is met het water.
Tiny houses lijken ook niet in de smaak van dit stadsbestuur te vallen. In 2016 sprak de gemeenteraad uit dat er serieus naar gekeken ging worden, maar veel verder dan kijken komt het amper. Ook jammer, want er zijn inmiddels honderden liefhebbers voor. Aan de Noordendijk mogen er tot eind volgend jaar een paar staan (waar moeten die mensen daarna eigenlijk heen?) en er wordt al tergend lang gewacht op wat plekkies in Crabbehof. Via een zogeheten burgerinitiatief wordt ook getracht om de gemeenteraad warm te krijgen voor een tiny wijkje aan de rand van Dubbeldam.
Wat me opvalt is dat zowel in het plan Crabbehof als het idee Dubbeldam sprake is van een periode van tien jaar. Zouden dure appartementen ook zo populair zijn als je het risico loopt er over tien jaar weer uit te moeten? Is klein wonen een hype die maar één decennium duurt of zo? Over het idee Dubbeldam gaat de gemeenteraad overigens eerst praten met de initiatiefnemers. Praten, praten, praten en veel vergaderen. Ondertussen kunnen mijn kinderen nog steeds geen betaalbare woning vinden.

Kronkelaar.