DORDRECHT – Ze willen zichzelf geen rapportcijfer geven, het college van Burgemeester en Wethouders. Wel zegt wethouder Piet Sleeking meer dan verheugd te zijn toen zij van PvdA-oppositieleider Cor van Verk een 6,5 kregen. Over twee maanden zijn er gemeenteraadsverkiezingen. Tijd om de balans op te maken. “Veel doelstellingen zijn bereikt”, zegt Sleeking. Op dinsdag 4 februari velt de gemeenteraad haar oordeel over de Evaluatie collegeprogramma Dordrecht 2010-214.

De wethouders Mos (VVD), Sleeking (BVD), Reynvaan (BVD), Van de Burgt (CDA) en Wagemakers (BVD), zeggen erg tevreden te zijn over de samenwerking van de afgelopen vier jaar. In de ambities zat veel overlap. Maar hoe prettig de samenwerking ook is verlopen, met het oog op de naderende verkiezingen wordt uiteraard geen andere politieke partij uitgesloten. Wel erkennen de bestuurders dat (enige) continuïteit is geboden. Sommige dossiers zijn niet gesloten, andere zullen voorlopig nog extra aandacht vragen. Wie deze dossiers de komende vier jaar gaan beheren is afhankelijk van 19 maart.

Werkeloosheid
Hoewel het economische klimaat voor dit college niet gunstig was, wist ieder de nodige successen te boeken binnen de eigen portefeuille. Bert van de Burgt heeft voor het volgende college goed nieuws: het huishoudboekje van de gemeente is op orde en er is investeringsgeld. Van de Burgt heeft zich de afgelopen jaren onder andere toegelegd op Werk en Inkomen en Onderwijs. Hoewel de werkloosheidscijfers in deze regio hoger zijn dan het landelijke, zegt Van de Burgt dat de uitstroom naar werk gelijk is gebleven. Dat is onder meer te danken aan de komst van Saturn en het Van der Valk Hotel en de inzet om meer jongeren de (metaal)techniek in te krijgen. “De toename van het aantal WW’ers en uitkeringsgerechtigden hebben we zo kunnen opvangen.” Volgens de wethouder is techniek voor deze regio één van de weinige branches waarin het aantal vacatures groeit.

Keuzes maken
Ook wethouder Mos stond aan het begin van zijn wethouderscarrière voor een flinke opgave. Als wethouder Cultuur kreeg hij met flinke bezuinigingen te maken. Er werd besloten scherpe keuzes te maken en de kaasschaafmethode achterwege te laten. Deze cultuurnota werd unaniem door de gemeenteraad aangenomen. The Movies en het Energiehuis draaien inmiddels op volle toeren. “Ik denk dat we het tegen de stroom in heel behoorlijk doen.” Als verkeerswethouder was hij betrokken bij de herinrichting van de Provincialeweg en de Laan der Verenigde Naties. Dat er nu eindelijk duidelijkheid is over het kruispunt N3/A16 doet hem deugd. Des te meer omdat het al ondernemers naar de Dordtse Kil III trekt.

Leegstand
De huisvesting van arbeidsmigranten is volgens wethouder Sleeking “een dossier waarbij men niet achterover kan gaan leunen.” Alertheid is een vereiste. Hoewel zijn voorganger, wethouder Kamsteeg, al het nodige had voorbereid en bereikt, zijn er de afgelopen jaren fors extra middelen beschikbaar gekomen. “En ook de corporaties pakken hun rol in de huisvesting goed op”, meent hij. De wethouder heeft nog een troef achter de hand, het verscherpen van het beleid door de wet Bibob ook toe te passen op aanvragen van ‘huisjesmelkers’. Zijn portefeuille Binnenstad heeft twee zijden. Aan de ene kant was daar de oplevering van de Visstraat/Bagijnhof en Achterom en goede bezoekerscijfers. “De Binnenstad trekt meer dan twee miljoen toeristische bezoekers per jaar. Dat is geheel tegen de trend in.” Aan de andere kant is daar de enorme leegstand aan winkelpanden. “Een landelijke zorg. De oplossing ligt wellicht in het aanpassen van het bestemmingsplan en het verkleinen van het kernwinkelgebied.” Domper voor Sleeking is de ontwikkeling van de Stadswerven of eigenlijk de stilstand ervan. In maart hoopt hij met de nieuwe opzet van de wijk een eerste stap in de goede richting te kunnen zetten.

Hap uit WMO
Wethouder Wagemakers, met onder andere de portefeuille Maatschappelijke Ondersteuning, had de afgelopen jaren een flinke kluif aan alle bezuinigingen en veranderingen. Ook voor 2015 staat gemeenten een uitdaging te wachten omdat inkomsten, vanuit het Rijk, voor de ondersteuning met 40 procent afnemen. “Een substantieel deel.” Wagemakers zegt tweederde van de totale opgave reeds te hebben kunnen opvangen met een andere werk/zienswijze (niet meer indiceren op uren maar op ‘schoon huis’).  Als wethouder Duurzaamheid ziet hij een denkomslag bij de mensen. “Voorheen was de vraag vaak wat de subsidiemogelijkheid van de gemeente was, nu wordt er meer begrepen dat het voor de eigen portemonnee voordelen heeft. De gemeente is geen subsidieloket, maar wil wel ondersteunen.” De gemeente zoekt veelal de samenwerking. Komende maand verwacht Wagemakers een doorbraak als het gaat om laadpalen (voor oplaadbare en hybride auto’s) in de openbare ruimte. Hiertoe zijn er gesprekken gaande met grote autodealers.

Overlast
Reynvaan boog zich de afgelopen jaren over de leefbaarheid en veiligheid in de stad. Een Taskforce Overlast werd opgericht. “Die werpt zijn vruchten af”, aldus de wethouder. Al eerder werden positieve cijfers gepresenteerd. In de gebieden waar de Taskforce bezig is, geven bewoners betere cijfers voor onder andere woongenot en veiligheidsbeleving. Maar de grootste winst voor Reynvaan is wellicht: “In de raad werd er in eerste instantie tamelijk sceptisch tegenaan gekeken, nu komt de vraag of het wellicht ook kan uitwijken naar andere delen van de stad.” Als wethouder Sport bevreemdt het haar dat de tevredenheid over de accommodaties gedaald is. Van 77 procent naar 72 procent. De Sportboulevard is opgeleverd, kunstgrasvelden zijn aangelegd, zo somt zij op. “Misschien worden er hogere eisen gesteld?”, vraagt zij zich af. Daarnaast wil zij Dordtenaren aan het bewegen krijgen. Voor jongeren lopen verschillenden projecten. Dordrecht is een zogenaamde JOGG gemeente (Jongeren Op Gezond Gewicht). Maar ook de ‘oudere’ Dordtenaar mag aan het bewegen. Het liefst ziet de wethouder een sportparticipatie van 60 procent. In 2010 was dat nog 58 procent. De cijfers van 2013 verwacht Reynvaan op korte termijn.

 

Digitaal magazine

Aan het begin van deze collegeperiode heeft het college gesprekken gevoerd met maatschappelijke partners in de stad, variërend van zorgverleners tot projectontwikkelaars. Bij de Tussenbalans is er wederom gesproken met deze partijen. Nu bij de evaluatie heeft het college deze partijen opnieuw aan het woord gelaten in vier gesprekstafels over de speerpunten van het collegebeleid (leefbaarheid en veiligheid, duurzaamheid, arbeidsmarkt en levendige binnenstad). De weergave van die gesprekstafels is in de vorm van een digitaal magazine, te vinden op www.dordrecht.nl/college2010-2014 Via dit digitale magazine zijn ook links naar alle achterliggende documenten, inclusief de Evaluatie collegeprogramma Dordrecht 2010-2014 die door het Onderzoekscentrum Drechtsteden (OCD) is opgesteld.