DORDRECHT – Naar aanleiding van de wekelijkse Pictura-rubriek ter gelegenheid van het 250-jarig bestaan van het Teekengenootschap kwam er mail binnen uit Velden. Kees Verbeek woont in dit Limburgse dorp en legt op dit moment de laatste hand aan een monografie van Evert Moll (1878-1955). “Hij woonde van begin 1906 tot eind 1908 in Dordrecht in een fraaie patriciërswoning op de Voorstraat. Hij was ook korte tijd tweede secretaris van Pictura. Moll is bekend als de schilder van de Rotterdamse havens, maar hij heeft ook heel veel Dordts werk gemaakt.” (Beeld: Dordrechts Museum)

Op 22 januari 1906 meldt de Dordrechtse Courant dat ‘kunstschilder Evert Moll van Londen’ in Dordrecht het pand Voorstraat 93 (tegenwoordig 125-127) heeft gekocht. Moll (Voorburg 1878-Den Haag 1955) heeft dan, financieel ondersteund door zijn vader, al twee jaar in Londen gewoond, gewerkt en geëxposeerd. Hij deed ook Parijs aan. Later werkt hij veel in de Rotterdamse haven, maar ook Dordrecht schildert hij graag. Een weekblad uit 1918: ‘Hij heeft in zijn werk zoowel de fijne tint van Londen als de zonnige blijheid van de Seine, gelukkig vereenigd met een echt Nederlandsche voornaamheid.’ Het Londense Victoria and Albert Museum heeft enkele schilderijen van hem. Van 1907 tot 1911 is Moll lid van Pictura.

Frances Hodgkins

Nog onbelicht is Molls omgang met de Nieuw-Zeelandse schilder Frances Hodgkins (1869-1947), die langere tijd in Rijsoord verblijft. Rentjo Jan Edo Rijkens, van Hotel Aux Armes de Hollande, brengt de twee in juli 1907 met elkaar in contact. Ze trekken enige maanden met elkaar op. In brieven naar haar moeder noemt ze hem steevast ‘Mr. Moll’. Geen enkele keer valt zijn voornaam. Moll ziet er verwijfd uit, schrijft ze, heeft ogen groot als theeschoteltjes en ponyhaar. Hij heeft een levendige mimiek en ‘een grafische manier van praten en doen, die nooit gaat vervelen.’ Hij bezorgt haar een fiets en ze gaan roeien, picknicken, schilderen, op snippenjacht en toeren met zijn auto naar Willemsdorp. Een romance is het kennelijk niet. Hodgkins: ‘Hij is erg slim en heeft een toekomst voor zich – zoals ik hopelijk ook heb – maar dit moeten we alleen doen. Een vrouw heeft anders geen toekomst.’ Herfst 1908 gaat Everts vader failliet, waardoor hij zijn woning aan de Voorstraat niet kan aanhouden. In januari 1909 verhuist hij naar Overschie om een gezin te vormen met Hendrina Geurts.

 

Beeld: ‘Haven te Dordrecht’, DM/996/754, olieverf op doek, 60,4 x 80,5 cm, Dordrechts Museum, legaat 1996.